Blog
Hs 986: meer dan honderd brieven in een paar uur gevisualiseerd
Als bibliotheekmedewerkers zijn wij gewend met bijzondere materialen om te gaan: we verpakken brieven in zuurvrij papier, we maken dozen op maat voor oude drukken en handschriften, we zorgen ervoor dat oude kaarten correct vervoerd en opgeslagen worden. We zien er op toe dat materiaal in te zien is voor belangstellenden en dat het weer op de juiste planken in de depots belandt. We digitaliseren een groot deel van onze collectie en we maken onze collectie vindbaar. Maar wat we níet doen, is naar ons eigen materiaal kijken.
En daarom was het een fantastische kans om een middag met onze sector Collectiediensten (Metadata & acquisitie, en Collectiebeheer) naar een verzameling brieven uit onze eigen collectie te kijken en te proberen een zeer expressief maar zeer moeilijk leesbaar handschrift te ontcijferen. Oh, en in het Latijn natuurlijk.
Na een korte introductie van Dirk en een crash course Latijn en Latijnse datums kregen wij, gewapend met enkele woordenboeken, laptops waarmee inzoomen een uitdaging bleek, en een aanzienlijke dosis enthousiasme, de opdracht om metadata (auteur, ontvanger, adressen van auteur en ontvanger, en datum) uit meer dan honderd brieven in een database te zetten. Deze brieven van en aan de gebroeders van Rosendael uit de periode 1574 tot 1650 (Hs. 986) waren al eerder gedigitaliseerd, maar hoe scherp die beelden ook zijn, (en kunnen inzoomen is onontbeerlijk) het was toch echt noodzakelijk om ook de brieven voor je te hebben. Het lezen van de verschillende handschriften was een enorme uitdaging. De meeste waren heel netjes in hun onleesbaarheid en gaven de indruk dat ze prima leesbaar zouden zijn als je langer de tijd had om bekend te worden met het schrift. Maar die tijd hadden we niet en dus richtten we ons hoofdzakelijk op die ene zin per brief waar een datum in verborgen leek te zijn. De crash course Latijnse datums bleek toen zeer van pas te komen, hoewel het ontcijferen van het handschrift nog wel moeilijker was dan het vertalen ervan. Gelukkig hadden we van te voren al een goed idee van de periode waarin de brieven geschreven waren. Zie de interactieve visualisatie van het correspondentienetwerk (gebruik een andere browser als de visualisatie niet zichtbaar is):
Persoonlijk vond ik het ook erg interessant dat er tussen de brieven ook een gedicht zat dat aan één van de broers gericht was. Blijkbaar vond iemand dat proza niet volstond om zijn gevoelens te uiten. Verder viel het een ander groepje op dat de broers onderling slordig schreven, maar als ze hun ouders brieven schreven overgingen op een extreem leesbaar cursief. Ook deze brieven waren in het Latijn, afgezien van een studentikoos verzoek van een van de broers aan zijn ouders om toch vooral zijn oude hemd en broek op te sturen.
Na een paar uur geconcentreerd werken, was er toch een aanzienlijk aantal aan metadata bekend, en kon Dirk een analyse laten zien van ons werk. Het merendeel van het briefverkeer ging tussen Gouda, Den Haag en Leiden terwijl daarentegen Utrecht verrassend schitterde door afwezigheid. Om op een kaart al deze verbanden te zien was zeer bijzonder. De sociale visualisatie liet zo zien hoe groot de inbreng van de briefschrijvers was. In tegenstelling tot verwacht bleek er bovendien nauwelijks een relatie te zijn met eerder in kaart gebrachte collecties Hs 983 en Hs 985. Zie de interactieve visualisatie van het briefverkeer (gebruik een andere browser als de visualisatie niet zichtbaar is):
Ik vond het heel bijzonder dat we in zo’n korte tijd en met mensen die niet getraind zijn in het lezen van dergelijke handschriften toch nog zo veel data hebben weten te verzamelen. Wetende hoeveel meer brieven er nog in onze depots staan waar niet al te nauwkeurig naar gekeken is, ben ik benieuwd naar wat er nog meer te ontdekken valt.
You must be logged in to post a comment.